Woensdagavond 7 mei viert Utrecht de bevrijding van de stad bij het Polar Bear monument in het Hogelandsepark, aan het einde van de Biltstraat. Voorafgaand aan de plechtigheden is er een (kinder)wandeling dat langs oorlogsmonumenten naar het Polar Bear monument in het Hogelandsepark loopt. Een gids vertelt de (indrukwekkende) verhalen die bij de standbeelden horen. Geïnteresseerden kunnen zich hier inschrijven.

Programma

18:00 uur | Inloop met muziek en filmbeelden ‘Opmars Polar Bears’

19:00 uur | Welkomstwoord Youri van Dorssen, voorzitter Utrechts Comité 4 mei-herdenking

19:05 uur | Brits en Nederlands volkslied

19:10 uur | Toespraak Sharon Dijksma, burgemeester Utrecht

19:20 uur | Toespraak Philippe van der Zeeuw, ooggetuige bevrijding 7 mei 1945

19:30 uur | Gedichtenwedstrijd en voordracht van gedichten van kinderen van de Utrechtse Schoolvereniging en leerlingen van het Utrechts Stedelijk Gymnasium

19:45 uur | Voordacht gedicht 80 jaar vrijheid Hanneke van Eijken

19:50 uur | Plaatsing bloemstukken bij het Polar Bear-monument

20:00 uur | Defilé van aanwezigen langs het Polar Bear-monument

 

 

De bevrijding op 7 mei werd overschaduwd door een grote schietpartij bij het Rosarium, waarbij tien leden van de Binnenlandse Strijdkrachten om het leven kwamen toen zij op een grote groep Duitse soldaten stuitten. Monument de Steen, tegenover het Rosarium in Utrecht Oost, herdenkt de tien leden.

 

Over de Polar Bears

Op 7 mei 1945 kwam het Engelse 49ste Regiment Verkenningstroepen ‘Polar Bears’ Utrecht over de Biltstraat binnenrijden en bevestigde de bevrijding van de stad. In het Hogelandsepark staat het gedenkmonument: een ijsbeer. De ijsbeer kijkt in de richting van De Bilt, de richting van waaruit de bevrijders de stad binnentrokken. Het herinnert Utrecht aan de vrijheid van de stad en is een eerbetoon aan de infanterie. Het polar bear monument, onthuld door Prins Bernhard, is gemaakt door beeldhouwer Marie-José Wessels.

De Polar Bears dankt zijn naam aan de trainingen op IJsland die het onderdeel van de Britse 49ste West Riding Infanteriedivisie, onder commando van de 146ste Infanteriebrigade van het Eerste Canadese Leger, onderging.